Per 1 januari 2021 is het gebruik van de nieuwe bepalingsmethode voor de energieprestatie, de NTA 8800 van toepassing. Deze Nederlandse Technische Afspraak (NTA) is gekomen in de plaats van NEN 7120, de norm waarmee nog tot en met 2020 de EPC werd berekend. Er worden 3 Energieprestatie-indicatoren berekend.
- EP1: Energiebehoefte in kWh per m² gebruiksoppervlakte per jaar (kWh/m².jr)
- EP2: Primair fossiel energiegebruik in kWh per m² gebruiksoppervlakte per jaar (kWh/m².jr)
- EP3: Aandeel hernieuwbare energie in procenten (%)
Voor alle nieuwbouw, zowel woningbouw als utiliteitsbouw, geldt dat de vergunningaanvragen vanaf 1 januari 2020 moeten voldoen aan de eisen voor bijna energieneutrale gebouwen (BENG). Voor nieuwe overheidsgebouwen geldt dat aanvragen van de omgevingsvergunning al vanaf 1 januari 2019 moesten voldoen aan de BENG-eisen. BENG vloeit voort uit het Energieakkoord voor duurzame groei en uit de Europese richtlijn EPBD. Tip: bekijk eens onderstaande informatieve video.
Energieprestatie indicatoren – BENG
De energieprestatie bij BENG wordt bepaald aan de hand van 3 individueel te behalen eisen:
- BENG 1: de maximale energiebehoefte in kWh per m2 gebruiksoppervlak per jaar (kWh/m2.jr)
- BENG 2: het maximale primair fossiel energiegebruik, eveneens in kWh per m2 gebruiksoppervlak per jaar (kWh/m2.jr)
- BENG 3: het minimale aandeel hernieuwbare energie in procenten (%)
De eisen worden weergegeven in hoofdstuk 5 van het bouwbesluit: https://rijksoverheid.bouwbesluit.com/Inhoud/docs/wet/bb2012/hfd5
Uitleg Beng-indicatoren
1. Energiebehoefte
Voor het bepalen van de energiebehoefte wordt de energiebehoefte voor verwarming en koeling opgeteld. Deze kijkt naar een optimale kwaliteit van de gebouwschil waarbij zowel de verhouding glas ten opzichte van dichte gevel, de mate van isolatie, de mate van kierdichting als de aanwezigheid van koudebruggen een rol speelt. Niet alleen isolatie, maar juist het samenspel van bovenstaande factoren, de vorm (geometrie) en de ligging van een gebouw zijn van belang om de energiebehoefte van een gebouw zo veel mogelijk te beperken. BENG 1 gaat over al deze factoren. Hierbij wordt gerekend met een vastgesteld ‘neutraal’ ventilatiesysteem. De energiebehoefte invullen kan met hernieuwbare of fossiele energie.
2. Primair fossiel energiegebruik
Het primair fossiel energiegebruik is een optelsom van het primair energiegebruik voor verwarming, koeling, warmtapwaterbereiding en ventilatoren. Voor utiliteitsgebouwen telt ook het primair energiegebruik voor verlichting en voor bevochtiging (indien aanwezig) mee. Voor zowel woningen en utiliteitsgebouwen geldt dat, als er PV-panelen of andere hernieuwbare energiebronnen aanwezig zijn, de opgewekte energie van het primair energiegebruik wordt afgetrokken.
3. Aandeel hernieuwbare energie
Het aandeel hernieuwbare energie wordt bepaald door de hoeveelheid hernieuwbare energie te delen door het totaal van hernieuwbare energie en primair fossiel energiegebruik. Hernieuwbare energie is afkomstig uit zon, biomassa, buitenlucht en bodem en vergroten het aandeel hernieuwbare energie.